Energietripje Brabant/Limburg: Stil, stiller, stilst

Published by Theo on

De indrukwekkende Lindeboom in Sambeek groeit na honderden jaren nog steeds uitbundig (foto: Theo Buijsrogge)

Op een wisselvallige zomerdag bezoek ik diverse krachtplaatsen rond de grens van Brabant en Limburg.

Lindeboom Sambeek

Ik begin bij de Lindeboom in Sambeek, de grootste en oudste linde van Nederland. Ik parkeer naast de boom en lees het bordje dat er staat. Daarop staat dat de boom volgens onderzoekers 1000 tot 1200 jaar oud is en hier vroeger recht werd gesproken.
Volgens Stichting Wereldboom is deze boom echter ruim 400 jaar oud en kan de exacte ouderdom niet aan de hand van jaarringen worden vastgesteld omdat de boom hol is. In 1901 is tijden een storm de kroon van de boom verwoest, maar groeide in de holle stam gewoon een nieuwe stam vanuit het bestaande wortelstelsel. In 1974 zijn diverse takken met ijzeren stangen verstevigd.

Ik eet eerst even mijn lunch aan de picnictafel, maar kan bijna niet wachten om de boom te onderzoeken. Hij ziet er zo vitaal uit, met overal bladeren dat de hele stam aan het zicht is onttrokken.
Het voelt hier heel relaxed, een plek waar alles van je af valt en je zonder overwegingen gewoon kunt Zijn. Overgave, loslaten, flow, meebewegen, gewoon Zijn. Dat is de grootste opgave voor mensen. Hier kun je oefenen. Neem deze energie overal mee naar toe.

Tussen de weelderige takken en bladeren zoek ik de stam. Daar zie ik dat de ijzeren stangen die ooit zijn aangebracht inmiddels behoorlijk zijn ingegroeid. De boom groeit dus nog steeds lekker door.

Dan loop ik met de wichelroede rond de boom en merk dat deze op een kruising van heel veel leylijnen staat. Dat doet me denken aan de Kroezeboom in Flieringen. Die staat ook op een kruising van vele leylijnen en dat is ook een plek met een geweldige energie.

Sint Jozefkapel in Smakt

Ik kijk op mijn krachtplaatsen-kaart wat ik als bron had staan voor de Sint Jozefkapel, mijn volgende bestemming. Die plek vond ik zo te zien op de website Glabal Sacred Sites. Daar staan maar 9 plaatsen uit Nederland op. Een kleine kapel waarvan de reputatie blijkbaar wereldschaal heeft bereikt bedenk ik en mijn verwachtingen zijn hooggespannen.

De Sint Jozefkapel werd gebouwd in 1699 in opdracht van baron Johan Albert Bouwens van der Boye. Belangrijkste motief voor de bouw was de grote afstand van Smakt tot de parochiekerk in Venray (5 km). In de loop van de 18e eeuw groeide de Jozefverering, werd de kapel vergroot en ontwikkelde Smakt zich tot een belangrijk bedevaartsoord. Het is de enige bedevaartplaats van Sint Jozef in Nederland. Rond de kapel ontstonden een klooster (nu een zorghuis), een kerk en een pelgrimshuis (nu een restaurant).
Tegenover de kapel is een spoorovergang, waar de pelgrimslaan het spoor kruist. Deze naam en het grote aantal parkeerplaatsen rond de kapel illustreren de grote belangstelling. De Sint Jozefkapel schijnt nog steeds een groot aantal bezoekers te trekken, maar als ik er kom is het heel stil.

Ik loop met mijn wichelroede voor de kapel langs en pas bij de tweede keer pik ik een zwakke leylijn op, net niet door de lengte as. Dwars erop vind ik er ook een en deze gaat ook net niet door het midden van de kapel. Binnen ga ik op het kruispunt zitten, maar kan geen echt heldere energie oppikken. Ook focussen op de oorspronkelijke energie van deze plek levert niets op.

Terwijl ik terug loop naar mijn auto concludeer ik dat Alles nèt niet een mooie samenvatting is voor deze plek en verbaas me hoe zoiets uit kan groeien tot zo’n groot bedevaartsoord.

De Sint Jozefkapel uit1699 werd in 1860 twee keer zo groot en groeide uit tot een belangrijke bedevaartsplaats (foto: Theo Buijsrogge)

Geijsteren

Een paar kilometer verder ligt het Landgoed Geijsteren. Midden in dit natuurgebied, dat grotendeels uit bossen bestaat, staat de Sint-Willibrorduskapel. Naast de kapel bevindt zich een put en een grenspaal. De put is ooit gebouwd in een oude veenpoel die dateert uit de 4e eeuw. Rond de poel legde men een gracht aan, maar die stoof dicht. Daarna maakte men er een ringwal, maar ook die stoof dicht en in de 16e eeuw bouwde men hierop een kapel bij de heidense bron.
De grenspaal geeft al sinds 1200 de grens aan tussen twee gebieden. Op een informatiebord lees ik het grote aantal veranderingen aan weerszijde van de grens, zoals Hertogdom Brabant vs Hertogdom Gelre, Republiek der Nederlanden vs Spanje; Republiek der Nederlanden vs Pruissen, Nederland vs België, en tenslotte de provincies Noord-Brabant en Limburg.

Als ik het bos inloop zie ik een groot bord Stiltegebied. Het is echter helemaal niet stil, want ik hoor overal kinderen. Ook bij de kapel zijn veel kinderen aan het spelen. Ze hebben hier een week kinderkamp gehad en gaan straks weg. Ik bekijk de kapel aandachtig en dat trekt blijkbaar aandacht. De kinderen vertellen mij enthousiast wat ze bij de kapel allemaal hebben gedaan. Blijkbaar hadden ze een speurtocht en moesten ze door een klein raampje de bellen in de kapel tellen. Leuk die jeugdige nieuwsgierigheid en enthousiasme te voelen. Gelukkig worden ze door de leiding geroepen, want ze moeten zich gaan klaarmaken voor vertrek, waarna de stilte terugkeert.

Rond de kapel lopen diverse leylijnen. Ik vind er onder andere twee vlak naast elkaar, die noordwest-zuidoost door de kapel gaan. De ene door de put en de andere door het monumentenbordje naast de deur. Ik vraag me af of het niet één brede is, maar hoe ver van de kapel ik ze ook oppik, ze leiden me telkens naar de put of het bordje.

Gezeten op de put denk ik telkens dat het regent, maar het blijken de zaadjes van de boom te zijn. Geen regen, maar wel een voorbode ervan.

De energie van de plek is heel aangenaam. Ik voel liefdevolle dienstbaarheid. Liefdevol er willen zijn voor de ander, heel rustig, zonder dwang of drang, gewoon door jezelf te zijn en je talenten ook ten gunste van anderen te laten komen. Zonder je op te dringen of jezelf tot slaaf te maken.
Ik zie hoe de bron, de kapel en de grenspaal ook een liefdevolle en nuttige ondersteuning van mensen zijn. Ook de grenspaal voelt als een neutrale markering i.p.v. een agressief hekwerk of geforceerde, ondoordringbare grens.

De Sint-Willibrorduskapel staat in het bos, naast een bron en een grenspaal (foto: Theo Buijsrogge)

Ik loop terug naar de auto en die navigeert mij vervolgens over de Watermolenstraat richting de dorpskern van Geijsteren. Dat brengt mij langs de Watermolen Geijsteren, die mij bij het binnengaan van het bos al was opgevallen en ik besluit er nu even naar toe te lopen. De watermolen dateert van 1750, maar de eerste vermelding was al in 1641. Op dit moment is het een woonhuis. Het veldje aan de andere kant van de beek is echter toegankelijk en ik loop naar het ruim 5 meter grote ijzeren rad. Tegenover het rad zit ik op een bankje en bekijk het over een dammetje stromende water en het langzaam draaiende rad. Dit is een heerlijk meditatieplekje, met loslaten en doorstromen als thema’s.

Ik onderzoek nog even de opvallende houten kunstwerken die in het weitje staan en loop naar wat een soort cirkel is, maar dat blijken allemaal zwarte schapen in het hoge gras te zijn. Ik ben blij dat ik even gestopt ben en neem me voor dit mooie plekje toe te voegen aan de krachtplaatsen-kaart.

De Watermolen Geijsteren is nu een woonhuis. Je kunt het bereiken via het veldje aan de overkant (foto: Theo Buijsrogge)

Mijn volgende bestemming in Geijsteren vond ik in het boek Leylijnen en Leycentra in de Lage Landen. De plek heet Leeberg en het leycentrum zou zich bij de Nieuwlandweg bevinden, waar aan beide kanten van de weg bos aanwezig is. De Nieuwlandweg blijkt de Nieuwlandsestraat te zijn. Iets wat ik wel vaker in het boek tegenkom. Ook de coördinaten in het boek blijken vaak niet te kloppen, dus dat geeft ook onvoldoende aanwijzing. Ik rij de weg af tot waar er bos aan weeszijden is en loop vervolgens verder met de wichelroede. Deze slaat diverse malen uit, maar er is niet een plek die opvalt. Ik volg de eerste leylijn het bos in, maar het is moeilijk doordringbaar, dus kom ik niet ver. Dan probeer ik het via het aardappelveldje en kom ik inderdaad op een plek waar de energie helderder is. Tussen de bomen en de bramen voel ik me gelukkig met niks.

Hier is dus wel wat, maar niet echt interessant om andere mensen naar te verwijzen. Zal ik het dan wel op de kaart laten staan vraag ik me af. Misschien in een aparte laag die standaard uit staat bedenk ik me, zodat de toegankelijke krachtplaatsen beter opvallen en echte onderzoekers er toch ook wat mee kunnen.

Het leycentrum ligt ergens in het bos (foto: Theo Buijsrogge)

Arcen

Ik rij verder naar Arcen. Op de kaart staat een krachtplaats bij het Thermaalbad. Daar aangekomen blijkt het inmiddels onderdeel te zijn van een vakantiepark. Ik stop op de parkeerplaats en kijk in de kaart wat ooit mijn bron was voor deze krachtplaats. Dat is een artikel van Pansophia. Daarin staat over deze plek: “In het thermaalbad wordt oude energie via het water opgepompt en kan daardoor een helende werking op je lichaam hebben.” Daar kan ik nu niet zoveel mee, dus ik lees het hele artikel nog eens grondig om te kijken waar ik heen wil.
Wat onhandig dat ik thuis niet even wat research heb gedaan, denk ik, nu moet ik alles op mijn mobiel onderzoeken, zonder leesbril. Dat lukt uiteindelijk wel en ik kom op de volgende mogelijk interessante plaatsen: de kasteeltuinen, de kerk en de Schanstoren.

Ik rij eerst naar de Kasteeltuinen. Het kasteel Arcen stamt uit de 17e eeuw en werd gebouwd op de restanten van een eerder kasteel. Oorspronkelijk stond er al een kasteel in 1275. Rond het kasteel zijn op ca. 32 hectare 15 thematuinen aangelegd. Als ik ernaar toe loop zie ik aan het einde van de Kasteellaan een grote steen liggen. Het voelt er heel stil, een energie die alles lijkt te dempen.

Dat belooft wat denk ik en loop over de brug het kasteelpark binnen. Zonder entree te betalen kom ik echter niet verder dan het eerste binnenpleintje Ik ben onder de indruk van de omvang van het park en het lijkt me zeker een bezoek waard, maar is voor nu teveel. Die bewaar ik voor een andere gelegenheid.
Ik loop terug met de wichelroede en vind een leylijn die precies over de kasteellaan loopt, dus niet door de steen die er aan het eind naast ligt.

De steen ligt langs de kasteellaan, waar een leylijn over loopt. Op de achtergrond de entreebrug naar de kasteeltuinen (foto: Theo Buijsrogge)

In de auto zoek ik op Google Maps naar de kerk van Arcen, maar het enige dat ik vind is een kapelletje, dus rij ik daar maar naartoe. Tot mijn verbazing zie ik onderweg echter een hele grote kerk. Dit is de Petrus en Pauluskerk. In de 15e eeuw werd hier voor het eerst een kerk gebouwd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog is de kerk echter zodanig beschadigd dat men in 1958 een nieuwe heeft gebouwd.

Ik vind een leylijn door de as van de kerk, maar de hoofdentree is gesloten en alleen het mariakapelletje is te bereiken. Door de rechterdeur kom je in de kerk, maar door een hekwerk kun je vervolgens alleen naar het kapelletje aan de rechterkant. Daar vind ik geen bijzondere energie. Achter het hekwerk in de kerk sta ik stil om de energie te ervaren. Wat me opvalt is de stilte, een oorverdovende stilte, want ik ben me gewaar van de grote hoeveelheid achtergrondruis in mijn lichaam. Dit is me nooit zo opgevallen dus ik vraag me af waar dat door komt. Ik bedenk ook dat ik vast wel een appje op mijn mobiel heb die het geluidsniveau kan meten. Die vind ik inderdaad en ik meet 45 dB.
Ik vind op deze plek van de kerk geen bijzondere energie. Gefocust op de oorspronkelijke energie van de plek ervaar ik wel een levenslustige energie.

De Petrus en Pauluskerk (foto: Theo Buijsrogge)

Ik rij toch ook nog even door naar het kapelletje, maar vind er geen bijzondere energie. Dus verder naar de Schanstoren. Dit is een restant van de vestingwerken van Arcen en dateert uit de 15e eeuw. Het deed ooit dienst als poortgebouw en tolpoort voor de riviertol. Het voelt er heel rustig. Dat lijkt wel de algemene sfeer van deze omgeving, want Pansophia schreef dat ook al.

Met de wichelroede vind ik een kruising van leylijnen, vlak voor het hek aan de kant van de rivier. Ik voel er de volledige vrijheid om te groeien en je (zachte) kracht te laten zien. Fijne plek!

De Schanstoren was vroeger onderdeel van de toegangspoort naar de stad en een tolpoort voor de riviertol (foto: Theo Buijsrogge)

Vorstengraf Wellerlooi

Ik vond onderweg nog ergens een verwijzing naar grafvelden in Nationaal Park de Maasduinen, een prachtig langgerekt bos- en heidegebied tussen de Maas en de Duitse grens. Verder zoekend op internet vind ik het Vorstengraf in Wellerlooi, zo’n 4 km ten noorden van Arcen. Ik rij naar het noorden en zie dat het bij de Hamert is, een restaurant, waar we vroeger ooit een groot familiefeest hadden. Het restaurant langs de Maas ziet er verlaten uit. Aan de andere kant van de weg is pannenkoekrestaurant Jachthut op den Hamert met vlakbij parkeerplaats P1 van Landgoed De Hamert. Vandaar ga ik te voet verder het bos in. In het dichtbegroeide bos zie ik kronkelige eiken en ruik ik heerlijke kruidige geuren. Het voelt er heerlijk vrij. Wat een mooie plek is dit.

Het bos gaat over op een heide en in de verte zie ik een heuvel. Het vorstengraf ligt op een heuvel, dus dat gaat de goede kant op. Dan zie ik rechts van mij een pad naar een groot kruis, het Monument der Gevallenen. Het is een herinnering aan de zeven mensen die hier zijn gedood omdat ze deelnamen aan de meistaking van 1943. Ik twijfel of ik er langs zal gaan, want ik heb niet zo’n goede ervaring met de energie van fusilladeplaatsen. Mijn nieuwsgierigheid wint het echter en ik sla af naar het monument. Daar voelt het alsof alles wordt weggezogen naar één punt en dan is er niets …. en oneindige vrijheid. Wonderbaarlijk!

Het Monument der Gevallenen heeft een wonderbaarlijke energie (foto: Theo Buijsrogge)

Het Vorstengraf, dat ook wel Scherpenheuvel genoemd wordt, is een van de grootste grafheuvels van Nederland. De grafheuvel ligt op het hoogste punt in de wijde omgeving. Ik loop de heuvel op en het begint langzaam te regenen. Bovenop ga ik onder de paraplu zitten en zie dat dit inderdaad het hoogste punt in de omgeving is. Het gaat iets harder regenen en ik bedenk dat dit niet zo’n handige plek en houding is als het ook gaat onweren, dus ik kijk op de buienrader of de bui met onweer gepaard gaat. Het valt gelukkig allemaal nogal mee en het is snel weer voorbij.

Ik voel kracht en aanzien en voel hoe het is om als prins geboren te worden en automatisch gezien te worden en ook hoe het is om dat niet vanzelf te hebben en in jezelf te te ontwikkelen. Het is makkelijker om je krachtig te voelen als je vanzelf op een verhoging gezet wordt. Echte kracht is echter als je volledig onafhankelijk van de reacties van de omgeving helemaal jezelf kunt zijn.

Het Vorstengraf ligt op het hoogste punt van Landgoed de Hamert (foto: Theo Buijsrogge)

Terug in het ‘oerbos’ vraag ik me af hoe stil het hier eigenlijk is en ik meet weer 45 dB als de auto’s in de verte even weg zijn. Het voelt echter veel stiller en vrijer dan in de kerk.
Mijn hart gaat hier helemaal open en ik voel me verbonden met het goddelijke Al-Dat-Is.

Het is al laat en voldaan rij ik naar huis. De ervaring met de stilte in de kerk houdt me wel bezig en ik meet ook nog eens als ik thuis ben. Binnen is het 40 dB. Ook op mijn dagelijkse meditatieplekje op de zolder. De ruis in mijn hoofd is hier echter veel minder en valt eigenlijk weg door de aandacht voor de tikkende klok en het gefluit van de vogels op de achtergrond. Het blijft een mysterie en dat maakt het leven interessant.

(Inmiddels heb ik Google Maps de kerk van Arcen toe laten voegen. De kaart van powerplaces.eu is ook geactualiseerd)


0 Comments

Geef een reactie

Avatar placeholder

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *