Mysterieuze offerstenen in Twente

Published by Theo on

Ik kwam in contact met Willy Berends, een echte Twentenaar, die voor zijn werk voor FC Twente wel wordt aangeduid als ‘cultuurbewaker’. Hij onderzocht de historie van 2.000 jaar Twente en ontdekte dat er bijzondere stenen in de muren van de kerken zijn opgenomen. Hij bezocht ruim 600 kerken in de regio inclusief Drenthe en Duitsland en stelde vast dat dat bij de introductie van het christendom, de oorspronkelijke gebruikte offerstenen opgenomen werden in de bouw van de kerken. Dit is een historisch fenomeen dat kenmerkend is voor (Groot-)Twente.
Veel krachtplaatsen kennen een historie die begon als heilige plek voor rituelen en offers, gevold door de bouw van tempels, kapellen en kerken, dus mijn interesse was gewekt. Willy was door zijn onderzoek nieuwsgierig geworden in het gebruik van de wichelroede en zo vonden wij elkaar. Willy nodigde mij uit om samen diverse onderzoeksplekken te bezoeken.

We hadden afgesproken bij de Grote Kerk in Enschede, maar Willy belt me een half uur eerder op. De beheerder van de kerk die de kerk voor ons zou openen moest met spoed zijn dochter ophalen die met een gipsvlucht naar Schiphol kwam. We passen daarom ons plan aan en gaan eerst naar Rijssen.

Schildkerk in Rijssen

Rijssen is één van de oudste steden van Twente en had vroeger een groot aantal steen- en pannenbakkerijen. De Schildkerk is daardoor één van de oudste kerken van baksteen in Nederland. We parkeren in het centrum en lopen naar de kerk. Bij de linker zijgevel laat Willy zien dat er onder in de muur enkele stenen zijn ingemetseld. Heel vreemd. Het wordt nog vreemder als hij me meeneemt naar de achterkant van de kerk. Daar liggen een groot aantal zwerfkeien, schijnbaar willekeurig en half onder de muren van de kerk. Volgens het bestuur van de kerk zou dit de fundering van de kerk zijn, vertelt Willy, maar dat is volgens hem niet logisch. Daar ben ik het mee eens en ik pak mijn wichelroede om te zien wat die te zeggen heeft.
Er blijkt een hele brede leylijn ongeveer door de as van de kerk te lopen, met een breedte die precies alle stenen omvat. Ook dwars erop vind ik een lijn bij het koor en precies bij de stenen in de zijmuur. Aan de voorkant lijkt de leylijn door de as veel smaller en vind ik hem alleen bij de voordeur. De stenen lijken dus schijnbaar op een willekeurige plek te liggen en ontbreken aan de rechterkant van de kerk, maar blijken wel allemaal op een leylijn te liggen. Ik probeer contact te maken met de energie hier, maar vind het niet heel sterk.

De Schildkerk in Rijssen is één van de eerste bakstenen kerken van Nederland (foto: Theo Buijsrogge)
In de muur van de kerk zijn diverse (offer)stenen ingemetseld (foto: Theo Buijsrogge)

Markelo

Entree van de Martinuskerk met ingemetselde stenen (foto: Theo Buijsrogge)

In Markelo staat de Martinuskerk. Dit was in de Middeleeuwen de enige plek in Nederland met een reliek waar het Heilige Bloed, het bloed van Jezus, werd bewaard. Het was daarom een belangrijk bedevaartsoord. Na de reformatie werd dit echter verboden en werd de kerk soms afgesloten om de bedevaart te beletten. In Markelo herinnert nu niets meer aan de vroegere bedevaart. De kerk is in 1840 geheel herbouwd, op de toren na.

Wij lopen naar de ingang onder de toren en daar laat Willy de steen zien die de drempel vormt onder de deur. Hij vermoed dat het een offersteen is. Het kwam vaak voor dat deze als drempel vóór de kerk werd neergelegd, zodat iedereen die de kerk binnen liep erop stond en de steen zo ontheiligde. Het is inderdaad nogal opmerkelijk dat de steen aan één kant onder het metselwerk doorloopt. Dat zou je normaal gesproken nooit zo ontwerpen. Deze steen zou volgens Willy hier overigens pas bij de herbouw na de reformatie zijn geplaatst.

De wichelroede wijst op een kruising van leylijnen in de toren en ik ga tegen de deur staan om de energie te voelen. Ik voel niet veel, maar zie wel ineens een bijzondere steen ingemetseld naast de deur. Ik wijs Willy erop en die reageert met: ‘Die kende ik nog niet. Mooi, nu heb jij er ook één gevonden’.

Long Tom

Ik vind het jammer dat ik nog geen heldere energie heb ervaren en terwijl we met de auto verder rijden zie ik ineens een grote zwerfkei langs de weg staan. Daar wil ik even naartoe, zeg ik. We keren en parkeren ernaast. De steen ligt naast Museumboerderij Eungs Schoppe, het voormalige VVV en er staat een klein bordje bij. Daarop staat dat de steen dateert van de 3e ijstijd (125.000-180.000 v.Chr.) en de naam Long Tom heeft. Die naam verwijst naar een groot Engels kanon en is ooit door de voorzitter van de VVV verzonnen.

Als ik me focus op de energie van de steen voel ik dat ik naar de achterkant moet lopen. Daar voel ik een warme, helende energie. Dan pak ik de wichelroede erbij en blijkt de steen op een kruising te liggen. Opmerkelijk, want volgens het bordje is de steen in 1988 hier geplaatst.
Uit het museum komt een vrouw nieuwsgierig kijken wat we aan het doen zijn en ze vertelt dat de steen oorspronkelijk op de Markelose Berg lag. Ze was erg enthousiast om te horen dat ik er een warme , helende energie had ervaren en nam zich voor er tegenaan te gaan staan als ze heling nodig had.

Long Tom (foto: Theo Buijsrogge)

Hengelo

In Hengelo gaan we naar de Beekstraat. Willy vertelt dat hier vroeger drie beken liepen. Waarschijnlijk was dit een heilige plek in het bos. Dat verklaart waarom de oude steden in de regio om Hengelo heen liggen. Hengelo zelf is pas 200 jaar. Willy heeft afgesproken met Ellen Koopmans en Erik Gigengack. Erik is opgegroeid aan de Beekstraat en zijn vader was ooit eigenaar van de Twentse Post. Daarin stond in 1970 een artikeltje met een foto van een grote offersteen die was opgegraven en voor het stadhuis was gelegd. Op last van de burgemeester is deze later weer begraven, maar niemand weet waar precies. Het moet ergens langs de beekstraat zijn. Willy en Erik vermoeden onder de huidige bioscoop.
Eerst gaan we echter naar een andere offersteen, die wel bekend is. Erik neemt ons mee naar de plek van zijn voormalige ouderlijk huis. Dit is recent gesloopt en, samen met het veldje ernaast, vervangen door nieuwbouw. Op dat veldje lag vroeger een steen, die diep genoeg lag om er geen last van te hebben bij het voetballen, vertelt Erik. Later is de steen door de overbuurvrouw, die eigenaar was van het veldje, opgegraven en in haar tuin gelegd. De energie van de steen voelt als iets heiligs, waar mensen toe aangetrokken werden. Er blijkt ook een leylijn doorheen te lopen. Heel bijzonder in deze verder weinig inspirerende omgeving.

Erik, Willy en ik bij de offersteen (foto: Ellen Koopmans)

Dan vraagt Willy of ik met de wichelroede de plek van de grote offersteen kan vinden. Ik loop met de wichelroede langs de bioscoop en krijg pas een reactie helemaal aan het eind van de straat, achter Museum Hengelo. Er loopt van hier een leylijn naar het zuidelijke hoekpunt van de bioscoop, maar of het iets zegt over de grote offersteen weer ik niet. Dat mysterie blijft nog even onopgelost.

Tijd om even te lunchen, waarna Willy en ik nog even naar de Drienerstraat lopen. Volgens het boek Leylijnen en Leycentra in de Lage Landen zou daar namelijk een leycentrum zijn, achter het winkelpand met nummer 8. Daar aangekomen geeft de wichelroede een hele brede leylijn, of meerdere naast elkaar aan, die door de nummers 4, 6 en 8 gaat. Ik ga voelen bij de blauwe bakstenen gevel tussen 6 en 8, waar de energie het sterkst lijkt en ervaar een relaxte, ontspannen energie. Achter de gevel zit een beautysalon. Mooie energie voor zo’n plek, denk ik.
Het leycentrum zou zich achter het pand bevinden, dus loop ik er omheen. Er loopt inderdaad ook een leylijn achter de panden langs, maar in de straat erachter vind ik niets. De brede leylijn aan de voorkant is dus aan de achterkant verdwenen. Vreemd!

De energie stroomt door Sandra’s Beautysalon (foto: Theo Buijsrogge)

Tankenberg

Onze volgende bestemming is de Tankenberg, met 85 meter het hoogste punt van Overijssel. Op de top is in 1844 een koepeltje geplaatst ter nagedachtenis aan de tempel van de Germaanse vruchtbaarheidsgodin Tanfana. Deze tempel werd in het jaar 14 n.Chr. door de Romeinen verwoest. Op de achterwand van het koepeltje staat een bord met de tekst van Tacitus, de Romeinse geschiedschrijver, hierover die vrij vertaalt betekent: Of het nu heilig of werelds was, zelfs de meest beroemde tempel van de stam, die van de Tanfana, werd met de grond gelijk gemaakt.
Er zijn in Twente veel verhalen over Witte Wieven, geesten van overleden vrouwen die rondzwerven in de natuur. Tanfana zou hun leidster zijn en ze zou hen helpen en beschermen. Daarnaast zijn er verhalen over rituelen, waarbij Tanfana met haar volgers heilig water uit een gouden beker zou drinken. Dat water zou van een nabijgelegen bron komen. Bij die bron lag ook een grote offersteen.

Na de komst van het christendom werd Tanfana als heks afgeschilderd. Ze zou kinderen opeten of offeren aan de duivel. De offersteen werd bestempeld tot ‘heksensteen’, is uiteindelijk weggehaald en verplaatst naar de Groote Markt in het nabijgelegen Oldenzaal, de oudste stad van Twente. In 1860 wilde de burgemeester ook hier de steen begraven, maar kreeg de woede van 40 burgers en de bisschop van Curaçao, die was geboren in Oldenzaal, over zich heen, waardoor hij hem toch liet liggen.

Bron van de offersteen

We rijden naar de Tankenberg en parkeren langs de Tankenbergweg. We lopen de weg af, die bij een boerderij overgaat in de Brandsweg. Ik vertel Willy dat ik de bron die Kraenke wordt genoemd ken, maar bij mijn vorige bezoeken niet kon vinden. Willy, die soms een wandelende encyclopedie van de historie van Twente lijkt, vertelt dat er zo’n 9 bronnen rond de Tankenberg zijn. De bron die door diverse mensen is aangewezen als de plek waar de offersteen van Oldenzaal heeft gelegen, is niet het Kraenke, maar de bron langs de Brandsweg.
De bronnen werden door lokale mensen gebruikt, maar Natuurmonumenten, de huidige beheerder van het gebied wilde de bronnen afsluiten en heeft het gebruik door deze mensen voor aanzienlijke bedragen afgekocht. We zien rechts in het weiland een watertje en lopen er naartoe. Zodra we over het hek klimmen voel ik al de heerlijke zachte, helende energie. Bij de bron wordt het alleen maar sterker. Wat een fijne energie is hier!

Kraenke

Dan lopen we de Brandsweg af en slaan links af. Ik zie nu inderdaad verschillende vergelijkbare waterbronnen in de weilanden liggen. Bij de kruising met de Tankenbergweg en de Siemertweg zou het Kraenke ergens moeten zijn. Ik heb een foto van een hek met Kraenke erop. Het hekwerk langs de Tankenbergweg lijkt erop, maar ik zie geen bordje. Dan valt me op dat de zon op de foto van de andere kant komt, dus het hek moet in een andere richting staan. Als we vanaf de Siemertweg naar het driehoekige veldje tussen de wegen kijken zie ik ineens de stenen die op de foto staan. Geen bord met Kraenke op het hek, maar wel een put naast de stenen en…er druppelt water uit. Eindelijk gevonden!

De Bron met de naam Kraenke ligt net achter het hek, naast de zwerfkeien (foto: Theo Buijsrogge)

Koepel op de Tankenberg

Door het bos lopen we naar de top van de Tankenberg. Willy zegt dat er een bord bij de koepel staat waarop staat dat hier 35 leylijnen bij elkaar komen. Dit heb ik bij eerdere bezoeken nooit gezien en ik vraag me af wie dat dan heeft vastgesteld. Bij de koepel pak ik mijn wichelroede en vanachter de koepel loop ik in een wijde boog om de koepel, via het paadje naar de weg. Als ik zo ongeveer 2/3 rond de koepel ben gelopen is de wichelroede al 20 keer uitgeslagen, dus die 35 zou zomaar kunnen. Ik loop weer terug naar Willy in de koepel. Door de hoogte heb je hier een prachtig uitzicht. Het komt er niet echt van om de energie goed te voelen, maar het valt me wel direct op dat het een stuk onrustiger is dan de zachte, fijne energie van de bron.

Het koepeltje op de top van de Tankenberg werd gebouwd ter nagedachtenis aan de tempel van Tanfana (foto: Theo Buijsrogge, 2021)

Oldenzaal

Nu we de plek van de offersteen hebben bezocht, gaan we de offersteen zelf opzoeken. Ik zeg tegen Willy dat ik ook even bij de Plechelmusbasiliek langs wil, want deze wordt ook genoemd in Leylijnen en Leycentra in de Lage Landen. Daar wilde hij al langs, want de kerk is om een andere reden bijzonder. De kerk is gemaakt van Bentheimer zandsteen en er zijn vele sleuven in de muren gekerfd. Het steengruis van de stenen van de kerk werd in de middeleeuwen als een heilig medicijn beschouwd en met water ingenomen. Recent chemisch onderzoek heeft vastgesteld dat dit Bentheimer zandsteen een stofje bevat die ook in aspirine voorkomt en niet in zandsteen van omliggende plaatsen. De oude Twentenaren waren dus zo gek nog niet.

De wichelroede wijst op een leylijn door de as van de kerk en loodrecht erop door de toren en door het koor. Als daar het hoofdaltaar staat, dan komt dat overeen met het boek van Wigholt Vleer. De kerk is gesloten en bij de toren voel geen bijzondere energie.

Steengruis van de muren zag men in de middeleeuwen als heilig medicijn, resulterend in vele groeven in de muren (foto: Theo Buijsrogge)
Plechelmusbasiliek in Oldenzaal (foto: Theo Buijsrogge)

Offersteen

Vervolgens lopen we naar de Groote Markt. Daar staat een mooie grote steen met een vlakke bovenkant met een geultje erin, zoals je van een offersteen zou verwachten. Als die inderdaad van de bron bij de Tankenberg komt met die fijne energie, dan zal dit ook vast bijzonder zijn, denk ik. Het maakt me nieuwsgierig, dus ik ga erbij staan en voel… niets. Ik ben teleurgesteld, want bij vrijwel elke zwerfkei is wel iets te voelen, maar hier helemaal niets bijzonders. Ook voor Willy is het jammer, want hij is bezig met een boek over zijn 10 jaar onderzoek naar de geschiedenis van Twente en deze steen speelt daarin een hoofdrol.

De offersteen op de Groote Markt in Oldenzaal (foto: Theo Buijsrogge)

Grote Kerk in Enschede

We willen de dag afsluiten waar we hem zouden beginnen, in Enschede. Willy belt met de beheerder van de kerk, maar deze is inmiddels met zijn dochter in het ziekenhuis. Dan oppert Willy dat de organist, die hij enkele keren in een café tegengekomen is, mogelijk ook een sleutel heeft. Hij krijgt zijn telefoonnummer, belt en spreekt zijn voicemail in. We rijden naar Enschede, lopen daar naar de stamkroeg van de organist en bestellen een biertje. Dan belt de organist en hij is bereid om ons toe te laten.
Een kwartiertje later lopen we met z’n drieën naar de kerk op de Oude Markt. In de kerk loopt Willy meteen naar de achterste vloer. Daarin zit een luik. We leggen eerst de vloerbedekking weg en dan opent Willy het luik. Willy en ik dalen af met het trapje van ongeveer 1,5 meter. De trap eindigt op het zand. Hierin zijn volgens Willy diverse lijken uitgegraven. Het is een kleine ruimte van hooguit 3 bij 4 meter. Dit is het oudste deel van de kerk en dateert van ongeveer het jaar 1000. Je kunt de oude muur nog zien zitten. Er liggen enkele grote zwerfkeien, waarvan mensen hebben geopperd dat het van een hunebed zou kunnen zijn, maar dat idee is door deskundigen ontkracht.
Het is een ongemakkelijke plek, je kunt er niet zitten en staan, maar het voelt heel aangenaam. In de energie voelt het heel stil en sereen. Dat was Willy ook al opgevallen en hij vertelt dat hij hier wel eens een uur heeft gezeten.
Dat willen we nu de organist niet aandoen en we kruipen er weer uit. Wat fijn dat ik dat mocht meemaken, want in de kerk zelf is de energie verder niet zo bijzonder. We doen alles weer netjes dicht, het licht uit en nodigen de organist als dank uit voor een drankje.

Het was een bijzondere dag met mooie ontdekkingen. Dankjewel Willy dat je me dit hebt laten ervaren.

De Grote Kerk van Enschede (foto: Theo Buijsrogge)
Het luik naar de restanten van de oudste kerk is opengemaakt (foto: Theo Buijsrogge)
Willy bij de zwerfkeien in de ondergrondse kerk (foto: Theo Buijsrogge)

Meer informatie


0 Comments

Geef een reactie

Avatar placeholder

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *